Ds. Carola Dahmen ging voor in de VEG-viering op 10 maart.
Zij las ter inleiding het gedicht ‘God de tuinman’ van Karel Eykman bij Psalm 80 uit ‘Een knipoog van u zou al helpen’. Wie het wil lezen kan hier terecht. Het is een gedicht dat nu, met de verwoestingen in Gaza, tot de verbeelding spreekt, evenals trouwens het gelezen deel uit Jeremia: ondanks alle ellende toch hoop op een betere toekomst,
We lazen het verhaal van de vijf broden en twee vissen uit het Marcus-evangelie. ‘Eten’ is tegenwoordig geen onschuldig onderwerp meer. Wat wij eten heeft immers consequenties voor het milieu. Er zijn schrijnende verschillen tussen de overvloed aan eten in rijke landen en de honger in andere delen van de wereld.
Die tegenstelling zit ook in het Marcus-evangelie. In het verhaal van de vijf broden en de twee vissen zien we hoe mensen het weinige wat ze hebben met elkaar delen en daar genoeg aan hebben (ze houden zelfs over). Heel anders gaat het toe in het verhaal dat Marcus daarvoor vertelt over de dood van Johannes. Koning Herodes geeft een verjaardagsfeest voor belangrijke mannen in zijn land. Er zal ongetwijfeld royaal te eten en te drinken zijn geweest bij dat feest en dan komt er ook nog een aantrekkelijke jonge vrouw dansen voor de gasten. Herodes is zo van haar gecharmeerd dat hij haar zegt dat ze mag kiezen wat ze wil hebben, al was het de helft van zijn koninkrijk. Ze vraagt het hoofd van Johannes op een schotel en krijgt dat ook. Geen wonder dat Jezus en zijn leerlingen hierna graag even tot zichzelf hadden willen komen. Maar toch geven ze gehoor aan de mensen die voor Hem gekomen zijn.
Twee settings waar gegeten wordt. In het koninklijk paleis is iedereen volgens de hofetiquette gerangschikt naar belangrijkheid. Op de afgelegen plek zitten de mensen in groepen bijeen op het gras. Het griekse woord op deze plaats betekent perk of bloembed. Je zou dus kunnen zeggen dat de mensen daar bloembed bij bloembed op het gras zitten, gelijkwaardig aan elkaar.