Op zondag 20 november ging ik naar Bavel waar Henk Stenvers de Menno Simonslezing hield. Het thema was ‘De betekenis van de Doopsgezinde Wereldbroederschap voor onze gemeente.’

Na een welkomstwoord van Frans van Berkum, voorzitter van de kerkenraad DG Breda en een introductie door ds. Tom Rijken, hield Henk enthousiast zijn verhaal. We zongen samen twee liederen die vaak in de wereldbroederschap worden gezongen: ‘In the Lord I’ll ever thankful’ en ‘O sing to the Lord’.

Henk liet zien hoe de doopsgezinden over de wereld verdeeld zitten. Het begon met de eerste doop op 21 januari 1525 in Zürich. Vandaar dat we jaarlijks wereldbroederschapsdag vieren op een zondag dichtbij 21 januari. 500 jaar doperdom zal in 2025 gevierd worden in Zürich.

Vanuit Zwitserland verspreiden de doopsgezinden zich naar het noorden waaronder Nederland. De migratiebewegingen gingen eerste naar het oosten: Polen Rusland Oekraïne en daarna vooral westwaarts naar de Verenigde Staten en naar Canada. Vandaar waren er weer migranten die zich in Mexico en Zuid-Amerika vestigden.

Doopsgezinden in Afrika en Azië zijn het gevolg van zending.

Ongeveer de helft van alle doopsgezinden op de wereld maakt deel uit van de MWC. Lees meer op de website van de organisatie.

Wat betekent het voor onze gemeente? Als we somber zijn over het kleiner worden van doopsgezinde gemeenten in Nederland geeft het hoop te weten dat het doopsgezinde gedachtengoed in de wereld groeiende is. We kunnen ons verbonden voelen met doopsgezinden over de hele wereld, meeleven as het goed gaat, hulp bieden en bidden als er problemen zijn. Zo is er sinds coronatijd ook een prayer network.

Bij de bijeenkomst werd voorgesteld om kaarten te schrijven voor doopsgezinden in de Oekraïne die het moeilijk hebben. De kaarten kunnen in een pakketje gestuurd worden, de juiste adressen zijn via Henk Stenvers te verkrijgen. Voel je hier iets voor, laat het mij weten dan kijk ik of we dat kunnen regelen.

Hermine Dekkers